’s Avonds in een Grand Hotel in Zuid-Limburg voor het diner vroeg ik het diamanten bruidspaar opnieuw om hun jawoord.

Deze zachte winter lijkt in niets op de strenge van 2010 toen de zoon van een ouder bruidspaar mij vroeg de huwelijksherbevestiging van zijn 60 jaar getrouwde ouders te verzorgen. Dit cadeau van hem en zijn broer voor hun ouders moest een complete verrassing zijn. Deze ouders, inmiddels allebei 8o’ers zijn nog heel actief, reislustig en sportief en verheugden zich op het feest.

De reis ernaartoe was een hele onderneming. Het KNMI waarschuwde niet de weg op te gaan, tenzij dringend noodzakelijk. Mijn bruidspaar wachtte, ik móést gaan. In de Limburgse heuvels waren zelfs mogelijk sneeuwkettingen nodig. Mijn man was mijn chauffeur. Overnachtingsspullen gingen mee, voor als de weersomstandigheden te slecht waren om terug te rijden. Dikke winterjassen aan en stevige snowboots: we konden er tegen. We liepen tot onze knieën in de sneeuw om van de parkeerplaats naar het hotel te komen voor een eerste verkenning. Een grote zaal met feestelijk gedekte tafels voor 150 gasten stond klaar.

Om zeven uur werd ik in toga verwacht. Een telefoontje waarschuwde mij dat ik ten tonele kon verschijnen. In de sfeervol verlichte zaal zat het feestelijke bruidspaar aan tafel, geflankeerd door hun kleinkinderen. Ze waren verrast toen een van de zonen mij aan hen voorstelde en vertelde waarom ik daar was. Ik hield mijn toespraak, vroeg hun elkaar opnieuw hun jawoord te geven. De bruidegom zei onmiddellijk ‘Ja’. De bruid stond er veel kritischer tegenover, zij had toch al ooit ‘Ja’ gezegd?  En tja, vond zij, ‘dat doe je maar één keer in je leven!’ Ik kon haar standpunt helemaal begrijpen. Zij tekenden mijn herbevestigingsakte met veel plezier en nodigden mij uit om gezellig een hapje mee te eten.